“De pockets zijn deep in het voetbalwereldje.” Het zou een ontluikend begin van een stoere rap kunnen zijn, maar deze zin komt uit De biecht van Dejan Veljkovic, het recent verschenen literaire debuut van Dejan Veljkovic. De zin dekt de metaforische lading voor de rest van het boek: uit de donkere, diepe zakken komt het criminele geld naar boven.
Deze tekst als pseudobekentenisroman doet denken aan de klassieker Een nagelaten bekentenis (1894) van Marcellus Emants. Daarin legt de protagonist uit waarom hij zijn vrouw heeft vermoord. In De biecht van Dejan Veljkovic legt de ik-figuur eveneens een bekentenis af. Veljkovic ­– Servische voetbalmakelaar, familieman, goed gekleed met Rolex – vertelt het verhaal van jarenlange corruptie in het Belgisch voetbal. Dat doet hij overtuigend via verschillende personages in zijn omgeving; zoals in de deal tussen een hebzuchtige trainer en een mislukte Godfather-karikatuur: ‘Maar nadat hij al die eisen had aanhoord, stapte Roger Lambrecht op Peter Maes af en stak zijn hand uit. Verder onderhandelen was niet nodig. De voorzitter ging akkoord. Peter keek hem even aan en schudde hem dan de hand. De deal was rond. “Stefan, bel morgen naar de bank in Luxemburg en bestel 400.000 euro”, zei Lambrecht, waarna hij zijn fles champagne ontkurkte.’
Het verhaal begint bij de arrestatie van Veljkovic, waar hij in een zaaltje van het politiekantoor belandt samen met allerlei andere personages. Een bijzonder exemplaar is Herman Van Holsbeeck. De psychologische uitdieping van deze prestigieuze manager met bolle buik is via bijna sentimentele toespelingen neergepend. De ‘aangename disgenoot’ stelt ‘discretie erg op prijs’, waardoor hij liever dure kleren en een Rolex-horloge van Veljkovic ontvangt als illegale transfercommissie. Van Holsbeeck apprecieert Veljkovic op die manier wel en noemt hem ‘een beleefde jongen’.
Deze ‘politiek van donnant-donnant’ is een vast leidmotief in het boek. Stephan Keygnaert, een commerciële journalist die goede commentaren schrijft in ruil voor exclusieve informatie, is daarvan een exponent. ‘Daarbij kon hij zeer boos worden. Zo vloog hij regelmatig uit aan de telefoon of tijdens een lunch.’ Keygnaert verbiedt Veljkovic te praten met een concurrerende voetbaljournalist. Daarbij blijkt dat diens echtgenote de zus is van Keygnaerts echtgenote. Verregaande intrige in wat al een stinkend verhaal is.
Het is duidelijk dat De biecht van Dejan Veljkovic een opzienbarend literair debuut is. De personages zijn karikaturen van zichzelf, waardoor de ironisering van de doorprikte criminele bubbel compleet is. De personages houden bovendien de dystopie van de voetbalwereld al lachend met geld in broodzakken zelf in stand, wat nog maar zelden gezien is in de Nederlandstalige literatuur. Schrijf dit werk maar op voor de Louis Paul Boonprijs.

Advertentie