Deze week ontstond er een kleine hetze in de voetbalwereld: er zijn niet langer genoeg scheidsrechters actief om wekelijks alle wedstrijden van de jeugd of in provinciale van een scheidsrechter te voorzien. Een journalist bij de Standaard stelde zelfs dat “het zo moeilijk toch niet kan zijn?”. Dus stelt zich de vraag: waar ligt het probleem?

Scheidsrechter zijnde zie ik wel meerdere verklaringen.

Een van de grootste redenen is uiteraard de verbale agressie rondom het veld. Ook afgelopen weekend, toen ik een door de tegenpartij vermeende terugspeelbal niet floot, kreeg ik verscheidene opmerkingen naar mijn hoofd. “Twaalf tegen elf he scheids”, “Hoeveel bonnekes heb je gekregen” en “Ga bij de meisjes spelen in plaats van het bij ons naar de kloten te helpen” zijn maar enkele opmerkingen die ik naar mijn hoofd gesmeten kreeg. Niet erg aanmoedigend voor beginnende scheidsrechters, en evenmin een goed voorbeeld voor hun kinderen, die nog maar 13 of 14 jaar zijn. Vaak zijn deze jongens degenen waar je het meeste respect van krijgt.

Uiteraard wil ik dit niet veralgemenen – er zijn zoveel ouders die wél vooral hun kind aanmoedigen, maar zoals zo vaak zijn het de rotte appels die alles verzieken voor anderen. Ouders die zich opboeien in elk kleine foutje, en kennelijk alle frustraties van een week werken afreageren op een gemakkelijk doelwit op zondagochtend.

Verbale agressie is echter niet het enige probleem. Een andere grote reden is de omkadering, georganiseerd door de Belgische bond zelf. De omkadering is bijzonder onpersoonlijk, de vergoeding is klein.

Voor de omkadering is het de bedoeling dat je bij een vriendenclub van scheidsrechters gaat, zodat je daar je ervaringen als scheidsrechter kan delen. Een vriend van mij omschrijft het als “een hoop mannen bij mekaar die veel zeveren en een excuus hebben om een avond niet bij hun vrouw te zitten”. Niet te vergeten dat je hier ook lidgeld voor moet betalen.

De vergoeding zelf is niet zo groot – voor een jeugdmatch krijg je 22 euro (exclusief vergoedingskosten), voor een wedstrijd in provinciale 29 euro. Voor een student is dit een leuk zakcentje, maar velen vinden dit veel te weinig om, bij wijze van spreken, op hun hoofd te laten kakken.

Destijds ben ik er ingerold door een vriend die reeds scheidsrechter was en het me enorm afraadde. Mijn vader is mijn eerste wedstrijd komen kijken om het uiteindelijk aan de stok te krijgen met scheldende supporters en een tierende trainer, waarna ook hij is afgehaakt. Wie hier dan ook een bloemlezing had verwacht over het schone leven van scheidsrechter zijn, komt bedrogen uit. Waarom je dan toch scheidsrechter moet worden?

Scheidsrechter moet je worden omdat je graag in het voetbal wilt blijven, en misschien ook verdere ambities hierin hebt. Omdat je jezelf wilt verrijken als persoon door mondiger te worden, een dikke huid te creëren en leert om moeilijke beslissingen te nemen. Misschien zelfs omdat het een mooie toevoeging is aan je CV. Maar zolang gefrustreerde supporters op de kap van de scheidsrechter blijven zitten en de bond niet innoveert, vrees ik voor de toekomst.

Koen Lamberechts