Er waait een andere wind door de Arena. De wind van Peter Bosz. Hij wil wat de supporters al jaren willen. Aantrekkelijk voetbal, met resultaat. En heel langzaam zie je dat ook komen. Het begin is er, laat ik het zo maar formuleren. En op een enkeling na, omarmen de supporters die nieuwe wind. Bij de spelers ligt dat iets anders. Want die nieuwe wind eist ook slachtoffers. Waren Kenny Tete, Riechedly Bazoer en Jaïro Riedewald vorig seizoen onder Frank de Boer vaak verzekerd van een basisplaats, onder Peter Bosz zitten ze voornamelijk op de bank.

De laatste weken gaat het echter vooral over Anwar El Ghazi en Nemanja Gudelj. De eerste was zo klaar met zijn reserverol achter Traoré, dat hij Bosz op de training te lijf ging. Resultaat: een maandje ballen in Jong Ajax. Nemanja Gudelj ging niemand te lijf, maar liet weten het mentaal niet op te kunnen brengen plaats te nemen op de reservebank. En ook dat was tegen het zere been. En dus is de kans heel groot dat we de Serviër na de winterstop niet meer terugzien het rood-witte tricot.

Terecht? Wat mij betreft wel; zo heel best spelen El Ghazi en Gudelj niet. Wie El Ghazi heeft zien invallen tegen Kozakken Boys zal begrijpen wat ik bedoel. En ja, hij is nog jong, moet nog veel leren en kan op termijn echt wel een hele grote meneer worden. Maar dat vereist doorzettingsvermogen, zelfkennis en enige bescheidenheid. Voor Gudelj geldt het excuus van jeugdigheid overigens niet, die zou met zijn ervaring veel beter moeten. Zijn probleem is voornamlijk dat hij niet mee kan in het snelle spel dat Peter Bosz voor ogen staat. In het positiespel (‘betonvoetbal’?) van Frank de Boer kon hij prima mee, nu is hij vooral een vertragende factor. Dat zou hij overigens kunnen compenseren met z’n vrije trappen, maar ook daarin faalt hij momenteel opzichtig.

Het lijkt erop alsof het ego van beide heren hen nu parten speelt. Want Traoré mag dan nog niet het succesnummer op rechts zijn waarop velen hoopten, hij is nog steeds dreigender en aanvallender dan El Ghazi. En bij Gudelj schijnt de gedachte in z’n strak gekapte hoofd rond te spoken dat hem bij z’n komst naar de Arena een basisplaats is toegezegd. Een basisplaats is echter geen garantie, maar een voorrecht. Een voorrecht dat bovendien uitsluitend wordt verkregen door hard trainen, goed spel en progressie. Geneuzel over mentaal onvermogen hoort niet bij een profvoetballer. Zeker niet eentje van het statuur Gudelj.

Dat het ook anders kan, bewijst Lasse Schöne. De speler, die in 2012 overkwam van de Nijmeegse Eenheids Combinatie, was bij Ajax nooit onbetwist. Door stevige concurrentie speelde hij op verschillende posities. Ook Schöne heeft moeite met het snelle spel van Bosz. Maar waar Gudelj vaak niet thuisgeeft, geeft Schöne altijd 200%, werkt en traint keihard en is, als hij moet spelen, een directe versterking in het veld. Zijn vrije trappen zijn bovendien vrijwel altijd levensgevaarlijk. Schöne is het stereotype modelprof, net als bijvoorbeeld Eyong Enoh dat was. Altijd hard werken, nooit klagen en er staan als dat van je gevraagd wordt. Mede daardoor zijn beide spelers nog altijd populair in Amsterdam.

Als gevolg van het ‘gerommel’ binnen Ajax wordt er hier en daar al heel voorzichtig gesproken over kapitaalvernietiging. Gudelj kostte Ajax in 2015 ongeveer zes miljoen euro en het is nog maar de vraag wat er van die som terug gaat komen bij een eventuele winterse transfer. El Ghazi had afgelopen januari voor liefst 12 miljoen euro naar AC Milan gekund. Dat bedrag zal vast lager liggen, mocht het alsnog tot een transfer komen. Maar is het wel echt kapitaalvernietiging? Of is het prima dat Ajax maatregelen neemt tegen spelers met sterallures en die zichzelf daardoor boven de spelersgroep plaatsen? Niemand is groter dan de club. En de coach bepaalt. Het zijn clichés, maar dat maakt ze niet minder waar.

Algemeen directeur Edwin van der Sar was vrij duidelijk. Het doel bij Ajax is altijd kampioen worden. En uiteraard lukt dat niet altijd. Maar géén kampioen worden omdat je spelers opstelt die er met de pet naar gooien en bovendien ook nog eens niet beter worden omdat ze een ‘beschermde status’ genieten, dat is pas kapitaalvernietiging. En bovendien fnuikend voor je sportieve uitstraling. Die als club ook weer gekoppeld is aan je marktwaarde.

Of we El Ghazi en Gudelj na de winterstop nog terugzien in Ajax 1, zal moeten blijken. Ik heb de stiekeme hoop dat bij beide heren de ogen geopend zijn en dat er een lichtje is gaan branden. Want eerlijk is eerlijk; het zou zonde zijn als beide op deze manier via de achterdeur de Arena zouden moeten verlaten. Al hebben ze het er nog zo hard zelf naar gemaakt. Wie het weet mag het zeggen.

Jacob Fresco