Een paar Belgische voetballers die in 2024 stopten als profvoetballers: Marouane Fellaini, Ritchie De Laet en Davino Verhulst. Ook Dylan Seys, amper 27, hing dit jaar zijn schoenen aan de wilgen. Zijn profschoenen weliswaar, want de voormalige jeugdspeler van onder andere Moeskroen en Club Brugge verbond zich aan de Nederlandse amateurclub VV Bruheze. Volgend seizoen zal hij uitkomen voor de huidige tweedeprovincialer SV Ingemunster. Voor de anekdote: een paar maanden nadat Seys een punt zette achter zijn profcarrière, begon in het Jan Breydelstadion ene… Joaquin Seys – voor zover bekend geen familie – aan zijn grote doorbraak. Voor de gelegenheid overliepen we de carrière van de West-Vlaming, die ons naar enkele verrassende plaatsen bracht.

Seys is geboren en getogen in Lauwe. De latere jeugdinternational kwam terecht in een voetbalnest: zijn vader Johnny droeg het shirt van regioclubs WS Bellegem, KFC Aalbeke Sport, White Star Lauwe, Rekkem en Lendelede. Ook zijn oudere broers Kevin en Desley stapten in de voetbalsport, zelfs zus Jessica was ooit nog jeugdcoach van White Star Lauwe. In hun voetsporen ging Dylan eens mee naar een training van de ex-club van onder andere Lorenzo Staelens en Hein Vanhaezebrouck. Dylan was te jong om een aansluitingskaart te tekenen, maar desondanks mocht hij meetrainen.

Via Excelsior Moeskroen belandde hij bij Club Brugge, waar hij uiteindelijk het grootste deel van zijn jeugdopleiding genoot. Als jeugdspeler van het geboortejaar 1996 speelde hij samen met onder andere Lennert De Smul, Guillaume De Schryver, Hervé Matthys en Aristote Nkaka. In januari 2013 mocht Seys z’n eerste profcontract ondertekenen bij blauw-zwart, dat daarmee de interesse van onder andere Lille OSC, Celtic Glasgow, RSC Anderlecht en Manchester City een flinke knauw gaf.

Van Torhout naar Coxyde

In januari 2015 maakte Seys, die inmiddels voor de beloften van Club Brugge uitkwam, indruk op de Viareggio Cup. Op het prestigieuze Italiaanse jeugdtoernooi scoorde hij in de groepsfase tegen Atalanta Bergamo, LR Vicenza en SSC Bari drie van de zes Brugse goals, meer dan Yannick Reuten (twee goals) en Thibault Vlietinck (één goal). Eind juni van dat jaar was hij dan ook een van de beloftenspelers die mee het seizoen mocht voorbereiden met de A-kern. Al gauw kwam er nog meer goed nieuws: Seys, die in het seizoen 2014/15 topschutter van de Brugse beloften was, kreeg net als generatiegenoot De Smul een nieuw profcontract.

In de eerste oefenwedstrijd van het seizoen, een 0-10-zege tegen KFC Heist op 26 juni 2015, kreeg Seys nog geen speelkansen van Michel Preud’homme. Vier dagen later kreeg hij één helft tegen derdeklasser Torhout 1992 KM. Kort na de 0-2 van Tuur Dierckx knalde Seys een volley tegen de paal, later in de wedstrijd dwong hij een strafschop af die door Ruud Vormer succesvol werd omgezet. Een fijn begin, zo lijkt het. Er werd alleszins niet gauw gevolg aan gegeven, want in de oefenwedstrijden tegen clubs als Panathinaikos (later die zomer tegenstander van Club Brugge in de Champions League-voorrondes) en Dnipro Dnipropetrovsk (eerder dat jaar tegenstander van Club Brugge in de kwartfinale van de Europa League) kwam hij niet in het verhaal voor. Kort voor de competitiestart tegen STVV kreeg Seys wel nog eens zijn kans tegen tweedeklasser KVV Coxyde – een match voor de invallers, waarin weliswaar ook zomeraanwinst Hans Vanaken meedeed. Seys scoorde vroeg in de tweede helft de 1-2.

Barda en Refaelov

Het nieuwe profcontract noch de prestaties tegen Torhout en Coxyde konden een officieel debuut in het eerste elftal van Club Brugge forceren. In januari 2016 maakte Seys een verrassende transfer naar de Israëlische eersteklasser FC Hapoel Akko, die eigenlijk niet zo verrassend was: de makelaar van Seys was niemand minder dan Dudu Dahan, een voormalige Israëlische voetballer die later als makelaar onder andere Elyaniv Barda, Rami Gershon en Lior Refaelov naar België loodste.

De club uit Akko stond op dat moment voorlaatste in de Ligat Ha’Al, de hoogste voetbaldivisie in Israël. De club steeg met Seys, die in de zes overige wedstrijden in de reguliere competitie een basisplaats kreeg, nog drie plaatsen in de stand, maar kon de play-downs niet meer ontlopen. Akko begon daarin met een 4-1-zege tegen Maccabi Netanya, mede dankzij twee goals van Seys, maar kon daarna niet meer winnen. De club eindigde voorlaatste en degradeerde.

Conditionele achterstand

In de zomer van 2016 werd Seys vrijwel meteen opnieuw uitgeleend, ditmaal aan FC Twente. Zo gek lang geleden was het niet dat Twente bovenin meedraaide in de Eredivisie, onder andere onder zijn ex-trainer Michel Preud’homme, maar in het seizoen 2015/16 waren De Tukkers op een teleurstellende dertiende plaats geëindigd. De club leek even naast een licentie voor de Eredivisie te gaan grijpen, maar kreeg het uiteindelijk toch voor elkaar. Een coup de foudre werd het niet tussen Seys en Twente: de West-Vlaming kwam door omstandigheden met een conditionele achterstand aan in Enschede en mocht op op 2 oktober 2016 pas voor het eerst invallen. Op de achtste speeldag speelde Twente pas voor het eerst gelijk in de competitie, na vier zeges en drie nederlagen zonder Seys.

Eenmaal de kurk van de fles, kreeg Seys geregeld invalbeurten van trainer René Hake. Op de veertiende speeldag, we zijn dan al eind november, maakte Seys voor het eerst echt een verschil, weliswaar in een 3-2-nederlaag bij NEC. “Aan de rust mocht ik invallen bij een 2-0-achterstand. Al na vijf minuten kwam een voorzet van mij via een verdediger bij Enes Ünal terecht, die de aansluitingstreffer kon scoren. En bij een 3-1-tussenstand leek een schot van een ploegmaat buiten te gaan, maar ik kon de bal nog net binnen houden en bracht hem hard voor doel, waar hij door een verdediger van de thuisploeg in eigen doel gedevieerd werd. Voor mij voelde dat toch aan als een doelpunt. Als ik na Nieuwjaar ook echt kan scoren, zal ik hopelijk helemaal vertrokken zijn”, vertelde Seys ruim een maand later tijdens een eindejaarsinterview voor Krant van West-Vlaanderen. Voor die goal moest hij inderdaad wachten tot na Nieuwjaar, maar een eerste basisplaats in de Eredivisie kreeg hij wel al… een week na NEC. Net op tijd, want een week na de 0-0 tegen Willem II kreeg Seys ook een basisplaats tegen Ajax. Seys was weliswaar al gewisseld toen Mateusz Klich in de blessuretijd voor een 1-0-zege zorgde.

Ruimte

Twente ging de jaarwisseling in op een zevende plaats, wat gezien de erbarmelijke resultaten het seizoen daarvoor tot tevredenheid stemde in De Grolsch Veste. Seys was kort voor de jaarwisseling tevreden over zijn uitleenbeurt, zo klonk het in Krant van West-Vlaanderen. “Als je je bij Twente inzet op training, zal je ook altijd wel je kans krijgen in de wedstrijden. Dat was in België wel anders. Het voetbal in Nederland is ook helemaal anders. Mensen hadden mij dat vooraf wel gezegd, maar pas wanneer je ook echt in de Eredivisie speelt, zie je pas hoeveel ruimte flankaanvallers krijgen om hun actie te maken. In het begin was het wel aanpassen, maar als je goed werkt en luistert op training, wordt het een gewoonte”, aldus de (toen al) voormalige jeugdinternational.

Tot eind februari 2017 was Seys een (zo goed als) vaste waarde in de ploeg van Hake, maar na zijn twee invalbeurten begin maart kwam Seys niet verder meer dan een invalbeurt in de 84e minuut tegen… NEC op 15 april. Ook niet bij de beloften van Twente, waarvoor Seys acht competitiewedstrijden speelde in de Tweede divisie. Eind april raakte dan ook bekend dat De Tukkers de aankoopoptie in het huurcontract niet zouden lichten, iets waar Seys nochtans op gehoopt had. Terug naar Club Brugge dan maar, waar de nieuwe trainer Ivan Leko er meteen werk van maakte om zijn kern af te slanken. Seys maakte eind augustus dan maar rechtsomkeer naar Nederland, waar hij zijn koffers definitief neerzette bij RKC Waalwijk.

Clubtopschutter

In zijn debuutseizoen in Waalwijk had Seys slechts één landgenoot aan zijn zijde – figuranten Jordi Malela Ndangba en Tom Cappan buiten beschouwing gelaten –: Mohamed Mezghrani, die in het seizoen 2017/18 vooral als rechtsback speelde. Een opwindend debuutseizoen werd het niet voor Seys, die met RKC quasi een heel seizoen in de kelder van de Eerste Divisie vertoefde en uiteindelijk pas achttiende op twintig clubs eindigde. Op persoonlijk vlak maakte Seys wél een behoorlijke start: met negen goals – acht in de competitie en één in de KNVB Beker – werd hij dat seizoen clubtopschutter. Ook in het seizoen 2018/19 eindigde Seys bovenaan in dat lijstje, met dank aan zijn veertien goals (en negen assists). Emil Hansson, destijds door Feyenoord uitgeleend aan RKC, scoorde net als Seys twaalf keer in de reguliere competitie en één keer in de nacompetitie, maar in de KNVB Beker maakte Seys het onderscheid, met een mooie vrije trapgoal tegen NAC Breda nog wel.

Welke van die respectievelijk veertien en dertien goals de Belg en de Noorse Zweed het meest koesteren, daar hebben we het raden naar. Bij Seys zou het wel eens een van zijn twee competitiegoals tegen FC Twente kunnen zijn – in beide competitiewedstrijden tegen zijn ex-club stond de West-Vlaming aan het kanon –, al hangt daar misschien ook een wrang smaakje aan vast door het feit dat hij in de bekermatch tegen Twente onmondig was. Zijn doelpunt tegen NEC op 14 mei 2019 is ook wel een mooie kandidaat. RKC had zijn eerste wedstrijd in de promotie-playoffs met 2-0 verloren bij NEC, maar de terugwedstrijd werd met 3-0 gewonnen, mede dankzij de openingsgoal van Seys voor de rust – psychologisch niet onbelangrijk.

Stijgen met Twente

Spannend, die remontada tegen NEC, maar lang niet zo spannend als de finale tussen RKC en Go Ahead Eagles. Op 25 mei hielden beide teams elkaar op een 0-0-gelijkspel, om drie dagen later dat gebrek aan goals te compenseren met een vooroorlogse 4-5. Hansson opende het doelpuntenfestival met een strafschopgoal in de dertiende minuut en zag de score evolueren naar 0-2, 1-2, 2-2, 3-2, 3-3, 4-3, 4-4 en 4-5. Pittig: de 4-3 werd pas gescoord in de 89e minuut, de 4-4 pas in de vijfde minuut van de blessuretijd. Toen Seys kort voor het uur gewisseld werd voor Darren Maatsen – een neef van de toen nog niet wereldberoemde Ian Maatsen –, stond het ‘slechts’ 2-2.

Met al die goals zouden we nog vergeten wie uiteindelijk aan het langste eind trok. Dat was RKC, dat pas achtste was geëindigd in de reguliere competitie en het seizoen daarvoor zelfs maar twee clubs achter zich had kunnen laten. Seys, die in zijn tweede seizoen bij RKC het gezelschap had gehad van landgenoot Anas Tahiri, mocht zich twee jaar na zijn vertrek bij Twente opnieuw opmaken voor de Eredivisie. Daar zou hij zijn ex-club trouwens opnieuw tegenkomen, want De Tukkers werden dat seizoen autoritair kampioen in de Keuken Kampioen Divisie. Hand in hand weer naar de hoogste competitie van het land… al kon Seys in de zomer van 2019 ook rekenen op interesse van de Belgische eersteklasser Excel Moeskroen, de geestelijke opvolger van zijn voormalige jeugdclub.

Ajax-liedjes

Veel plezier heeft Seys niet beleefd aan zijn terugkeer naar de Eredivisie. De vleugelspits, die er in het tussenseizoen met Hannes Delcroix, Lennerd Daneels en Nando Nöstlinger drie Belgische ploegmaats bij kreeg, mocht op de vier eerste competitiespeeldagen weliswaar driemaal invallen, maar eind augustus kreeg Seys te horen dat er voor hem geen plaats meer was in de A-kern. Seys had moeite met zijn statuut van invaller, zo schreef Brabants Dagblad. Dat uitte hij bijvoorbeeld door tegen VVV kort na zijn invalbeurt een natrappende beweging te maken. Seys, die later dat jaar zijn 23e verjaardag nog moest vieren, werd samen met Dean van der Sluys en Nikki Baggerman naar de teruggezet naar de beloften. Van een slechte timing gesproken: een kleine week later zou de transfermarkt sluiten in Nederland.

De 0-3-nederlaag tegen ADO Den Haag op 25 augustus 2019, waarin Seys een strafschop veroorzaakte en aan rood ontsnapte, werd dus zijn laatste officiële wedstrijd voor het eerste elftal van RKC. Seys liet in oktober wel nog eens van zich horen: vlak voor de wedstrijd tussen zijn werkgever en Ajax plaatste de West-Vlaming een filmpje op Instagram waarin hij Ajax-fans in beeld bracht die in het Mandemakers Stadion van RKC fakkels afstaken. Seys zong uit volle borst mee met de liedjes die de Ajax-fans inzetten. De actie op zich werd niet bestraft, maar heeft er allicht mee toe geleid dat het contract van Seys begin december ontbonden werd. Een einde in mineur voor Seys, die een aanzienlijke bijdrage had geleverd aan de vooralsnog laatste promotie van RKC.

Longontsteking

Zou Excel Moeskroen nog geïnteresseerd geweest zijn in Seys? Jawel. Nog voor het einde van de maand knoopten speler en club gesprekken aan, begin januari 2020 mocht de vleugelaanvaller als tester mee op winterstage naar Chiclana de la Frontera in Spanje. Op de luchthaven van Zaventem kwam Seys wat oude bekenden van Club Brugge tegen, die zich op hun beurt opmaakten voor een winterstage in Qatar. De winterstage van Moeskroen leek wel een trip down memory lane voor de West-Vlaming, want wie fungeerde er naast 1. FC Magdeburg als sparringpartner voor les Hurlus? FC Twente, of all teams. Seys kreeg een tiental minuten tegen zijn ex-club – stel je maar eens voor dat het RKC was geweest –, die het met 1-0 haalde.

Eind januari ondertekende Seys een contract van anderhalf jaar met optie op een extra jaar bij Excel Moeskroen, dat na de swingende eerste helft van 2019 onder Bernd Storck een zorgeloos seizoen 2019/20 draaide onder leiding van diens landgenoot Bernd Hollerbach. Enfin, dat laatste verdient een kleine kanttekening: de winterstage die voor Seys als proefperiode gold, werd door de longontsteking van Hollerbach geleid door de amper 26-jarige Dennis Schmitt. Rudi Vata, de Albanees die Hollerbach verving voor de herneming van de competitie op 2 februari, verklaarde tijdens de persconferentie voor de verplaatsing naar Anderlecht dat Seys eerst nog wat ritme moest vergaren. Dat deed de vleugelaanvaller bij de beloften, op vraag van Vata. Daar toonde de West-Vlaming meteen zijn goesting: tegen Roeselare was hij meteen goed voor een assist.

Op 29 februari 2020, uitgerekend de dag waarop Hollerbach na zo’n twee maanden afwezigheid zijn comeback maakte in de dug-out, maakte Seys zijn officiële debuut voor Moeskroen. De 2-1-eindstand in Eupen stond al op het scorebord toen Seys in de 79e minuut mocht invallen voor Marko Bakić. Eupen verzekerde zich in de voorlaatste wedstrijd van het seizoen – bedankt, coronapandemie – van het behoud. Excel Moeskroen was toen al even zeker van het behoud. Voor de anekdote: RKC stond bij de stopzetting van de competities op de laatste plaats in de Eredivisie, maar ontliep door de speciale omstandigheden de degradatie.

Herinvesteren

Het huwelijk tussen Seys en Moeskroen liet al gauw spaak – na amper één invalbeurt, al moest Seys het door de coronapandemie natuurlijk zonder Play-off 2 doen. Mocht de West-Vlaming in januari nog als testspeler mee naar Spanje, dan kreeg hij in juli geen uitnodiging voor de zomerstage. “Zijn kwaliteiten zijn weliswaar onmiskenbaar, maar het lijkt erop dat zijn levensstijl niet echt strookt met dewelke van een profvoetballer verwacht wordt”, schreef L’Avenir. Amper een halfjaar na zijn komst paste Seys al niet meer in de plannen van Moeskroen, dat in het tussenseizoen weer in handen was gekomen van Lille OSC. U begrijpt: Les Hurlus kreeg een leger spelers, waaronder een paar rechtsbuitens, ter beschikking gesteld van de Franse club.

Opnieuw werd de oplossing in Nederland gevonden. Op 3 mei 2020 kondigde eerstedivisionist Excelsior Rotterdam aan dat Seys een eenjarig contract had ondertekend in het Van Donge & De Roo Stadion. Aan Excelsior hing een mooie herinnering vast voor Seys: de club uit Rotterdam was in mei 2015 de tegenstander van RKC geweest in de halve finale van de promotie-playoffs, tussen de remontada tegen NEC en de doelpuntenkermis tegen Go Ahead Eagles in. Dat Seys in het voorgaande jaar amper gespeeld had, was volgens Excelsior-directeur Ferry de Haan geen probleem. “Bij RKC had hij een prima track record. Hij weet in elk geval waar het doel staat, dat zie ik tijdens trainingen”, liet De Haan in die periode optekenen in Algemeen Dagblad.

Seys, die bij Excelsior de kleedkamer deelde met landgenoten Siebe Horemans en Hervé Matthys, wist het doel inderdaad nog staan. Toen hij in december 2020 aan de kant stond met een hamstringblessure, had hij in drie basisplaatsen en drie invalbeurten al twee assists afgeleverd – telkens als basisspeler. “Ik wil hier in eerste instantie herinvesteren in mezelf en in mijn carrière”, vertelde Seys in december aan Het Laatste Nieuws. De perceptie dat hij een moeilijke jongen zou zijn, had hij kennelijk achter zich gelaten. “Enkele weken geleden was er een individueel gesprek. Daarin gaf het bestuur me mee dat ze me geen probleemjongen vinden. Dat geeft vertrouwen”, aldus nog Seys in Het Laatste Nieuws.

Op zijn heupen

Mede door blessureleed kon Seys zich na Nieuwjaar niet doorzetten bij Excelsior, dat in het seizoen 2020/21 net onder de play-offplaatsen eindigde – weliswar met negen punten minder dan nummer acht Roda JC. Helmond Sport werd de vierde Nederlandse club op zijn cv. Daar maakte hij meteen deel uit van de plannen van trainer Wil Boessen, al was dat aanvankelijk als invaller: op de eerste acht competitiespeeldagen was Seys zevenmaal invaller. Het geloof in de flankaanvaller was weliswaar nog niet verdwenen, zo blijkt uit een artikel van Eindhovens Dagblad van midden september. “Hij kwam verre van fit binnen en werd tegen FC Emmen zelfs als invaller weer gewisseld. Toch is en blijft Dylan Seys de dark horse van Helmond Sport; als de Belgische vleugelflitser het op zijn heupen heeft, is hij eigenlijk een eredivisievoetballer”, viel toen te lezen.

Seys maakte een degelijke start bij Helmond Sport, waardoor zijn liesblessure en daaropvolgende ziekte op een uiterst slecht moment kwamen, ook al omdat de Kattenmeppers tot de grootste onderpresteerder qua aantal expected goals. Een killer zoals Seys in het seizoen 2018/19 kon de club uit Noord-Brabant dus zeker gebruiken. Op 10 december 2021 maakte hij dan ook een droomrentree: invaller in de 78e minuut op het veld van De Graafschap, een kleine tien minuten later auteur van het enige doelpunt van de wedstrijd. Helmond Sport boekte zo zijn eerste zege in exact twee maanden. De laatste zege onder Boessen, die in de kerstperiode vervangen werd door Bob Peeters. Onder de ex-Rode Duivel groeide Seys uit tot een onbetwistbare basisspeler. Dankzij zijn drie goals in vier competitiewedstrijden tussen 18 maart en 8 april 2022 finishte Seys op de derde plaats in het lijstje der clubtopschutters… met amper vier goals. Enkel landgenoot Jellert Van Landschoot mocht met zijn dertien goals spreken van een degelijk seizoen. Helmond Sport eindigde dat seizoen laatste in het eindklassement van de Keuken Kampioen Divisie, het hoeft dan ook niet te verbazen dat ze samen met Jong AZ – dat nochtans twaalfde eindigde – het minst aantal goals scoorden.

Belgische lucht

Het degelijke eerste seizoen van Seys bij Helmond Sport deed hopen op meer, maar de inmiddels 25-jarige Seys koos in het tussenseizoen voor een Grieks avontuur. Een jaar eerder kon de West-Vlaming ook al rekenen op Griekse interesse, maar toen koos Seys ervoor om het in Nederland te blijven proberen. Maar kijk, de tien jaar jonge fusieclub AE Kifisia kon dan toch zijn handtekening bemachtigen. De club uit Kifisia – een voorstad van Athene – dwong in het seizoen 2022/23 een historische promotie naar de hoogste divisie af, maar groot was de bijdrage van Seys daaraan niet: door een kruisbandletsel ging zijn seizoen 2022/23 in rook op.

Dan maar nog eens in België proberen, drie jaar na dat vreemde vertrek bij Moeskroen. Seys koos voor Bocholter VV, een Limburgse club die sinds de competitiehervorming van 2016 in de Tweede afdeling speelde. De Belgische lucht deed de West-Vlaming kennelijk weer deugd. In zijn vierde competitiewedstrijd opende hij zijn doelpuntenrekening tegen Jong KV Mechelen: in de 50e minuut milderde hij van 4-1 naar 4-2, diep in de blessuretijd scoorde hij vanop de strafschopstip de 4-4. Het was het begin van een mooie reeks van tien goals in zeven competitiewedstrijden. In de enige wedstrijd uit die reeks waarin Seys niet scoorde – de 2-1-nederlaag tegen Lyra-Lierseop 7 oktober 2023 – was het dan weer Bocholt dat aan een mooie reeks begon: in de tien resterende wedstrijden van het kalenderjaar 2023 bleef de Limburgse club ongeslagen. De club deed ook tot het einde van het seizoen mee voor een eindrondeticket. Mede dankzij de efficiëntie van Seys, die dat seizoen op ruime afstand clubtopschotter werd van Bocholt met 21 competitiegoals.

Neefjes

Toen Seys op 5 mei 2024 zijn laatste officiële wedstrijd voor Bocholt speelde, had de West-Vlaming op zijn sociale mediakanalen al laten weten dat hij na afloop van het seizoen 2023/24 op z’n 27e zijn (prof)voetbalschoenen aan de haak zou hangen. “Sinds mijn zware knieblessure (kruisbanden afgescheurd) en na twee operaties heb ik last van andere blessures, en de knie die niet 100% voelt. Voor mij is deze beslissing een van de moeilijkste en zwaarste die ik ooit heb moeten maken, maar voel me niet de oude en dan voelt deze beslissing de beste”, schreef Seys onder andere.

De voormalige jeugdinternational had over zijn toekomst nagedacht: hij ging aan de slag in de metaalrecycling – Euregio Recycling in Zutendaal, het familiebedrijf van zijn vrouw – en zette zijn carrière verder bij VV Bruheze, een Nederlandse amateurclub uit… Helmond. Dat de club bij Seys uitkwam is geen toeval: enkele neefjes van zijn vrouw speelden er al. Een halfjaar later, vlak na Kerstmis, raakte bekend dat Seys vanaf het seizoen 2025/26 zal uitkomen voor SV Ingelmunster, dat dit seizoen in Tweede provinciale speelt.