Men vraagt me soms waarom en wanneer ik die liefde voor stadions en voetbal heb gekregen. Als je op een ‘matchday’ het geluid hoort van het publiek, de lichtmasten ziet schijnen, en een lichtelijk verlangen hebt om dit mee te maken, dan begrijp je mijn gevoel! Deel 3: FC Porto.
Maar wanneer er geen wedstrijd is, dan heb ik exact hetzelfde gevoel. Dan heb ik een ‘nood’ om een voetbaltempel van binnen te zien.
FC Porto
Porto is een toonaangevende ploeg in Portugal. Bijnaam: De Draken. Ze spelen in het mooie Estadio do Dragão met plaats voor 50.476 supporters. Opgericht in 1893. Ze spelen onafgebroken in de Primeira Liga sinds de oprichting ervan in 1933.
Qua prijzenkast moeten ze enkel Benfica laten voorgaan. Porto heeft 27 landstitels op haar conto en 16 bekers. In 2 seizoenen (’10-’11 & ’12-’13) werden ze zelfs kampioen zonder één wedstrijd te verliezen. In 1987 winnen ze de Europacup I (2-1 tegen B. München). Dan zakken ze wat weg qua succes.
Maar na de intrede van ene José Mourinho komt de heropleving. Ze wonnen de UEFA Cup in 2003 met 3-2 tegen Celtic. In 2004 wonnen ze de Champions League met 0-3 van AS Monaco. Toen Mourinho wegging (naar Chelsea) kwam André Villas-Boas. Hij won met Porto de Europa League in 2011 na een 1-0-overwinning tegen SC Braga.
Porto bracht al altijd al topspelers voort. Denk maar aan Vitor Baia, Carvalho, Conceicao (nu huidig trainer), Deco, Quaresma, Jardel, Falcao, enz. Ook enkele Belgen vonden de weg naar Porto, namelijk Demol, Defour en Depoitre. Maar die vonden snel een weg terug.
Porto dus. Toen ik in 2008 de vraag kreeg om mee te gaan met enkele vrienden naar een judokamp in Coimbra, Portugal, keek ik wel eens raar op. Je moet weten dat ik vooraf voor de fun 4 trainingen judo heb meegevolgd. Om daarna 3 weken zo stijf als een plank rond te lopen en met tal van kleine schaafwondjes heb ik me wijselijk teruggetrokken uit de judo. Maar oké, een judokamp dus.
We gingen mee voor 10 dagen, maar ik heb geen seconde op de mat gestaan. Geef mij maar voetbal. Samen met nog 2 andere vrienden gingen we op zoek. Wat kunnen we eens bezoeken? We kwamen al gauw in een soort van bakkerij-café, toen typisch daar. Je kocht er brood, maar dronk er een pintje of koffie bij.
We namen de trein en bus, want Coimbra en Porto liggen zo’n 120km weg van elkaar. Eens aangekomen daar was deze voetbaltempel een verrijking. Mooi onderhouden, lange weg naar het stadion, mooi weer en relatief weinig volk. Stadionnaam mooi op de gevel. Mooie entree met wat bling-bling. Nog eventjes wachten op de tour en dan konden we onze ogen uitkijken.
Je moet weten, in die tijd was er nog geen digitaal fototoestel, maar een ‘wegsmijtertje’ dat je telkens moest doordraaien voor je de volgende foto kon nemen. Nu heb je ‘de gsm met fototoestel’, maar toen hadden we dat zelfs niet. Lijkt dus al een eeuwigheid terug in de tijd, maar dit was het niet.
We werden door de gids (en opzichter) duidelijk gemaakt géén foto’s te nemen in de gangen, perszaal en kleedkamers. Dit zou nu ondenkbaar zijn met de smartphone, maar soit, toen wisten we niet beter. Maar ik heb er toch kunnen maken door, altijd als ik moest doordraaien, ik zodanig hoestte zodat ze dit niet hoorden. Toen ze na de 16de keer het waarschijnlijk wat op hun heupen kregen van het kuchen, hadden ze iets door, maar heb mijn toestel toch mooi mogen houden.
De foto op het hoofdterrein kon enkel met een fotograaf van Porto genomen worden, om de afbeelding nadien uiteraard tegen de nodige euro’s in ontvangst te krijgen. Ik denk dat dit een goeie €10-15 moest gekost hebben.
Mooi stadion en een must voor diegenen die graag aan groundhopping doet!