Liefste Beëlzebub
Juni, en het seizoen is nog niet voorbij. Ik ben wel te vinden voor de Nations League, maar moest het meer betekenen dan het zoveelste toernooi, de zoveelste keer België-Wales, de zoveelste interlandbreak, dan was ik de grootste fan. Kevin De Bruyne heeft er ook geen zin in, dat begrijp ik volkomen. Hij wil liever met z’n gezin het zwembad in Qatar al gaan verkennen. Acclimatiseren, en zo.
Vrijdagavond: al een hele week leef ik toe naar de Derby der Lage Landen, net als VTM. Die reclame voor de wedstrijd is cult. Jan Mulder zwaait met een Belgische driekleur en roept ‘Hup, België, hup!’ Een vol Koning Boudewijnstadion blijft wel even lelijk en even stil, net als de opgeblonken commentaar van de commerciële zender. Zit heel de Brusselse bourgeoisie op de Heizel, te chique om écht te schreeuwen voor de Rode Duivels? Dat is toch een bewijs dat België maar een pseudovoetballandje is. Enkel als Romelu Lukaku geblesseerd van het veld stapt, voel je het teleurgestelde publiek. De Bruyne op 9, à la Pep. Maar Roberto is Pep niet, en alles stort in elkaar. 0-4 en ik hoor vaag ’tien tien tien tien!’ uit de televisie komen. Oranje Ajacieden, de ergste soort.
Maandag: blue Monday na een nog blauwer weekend. Voor het eerst in de Gouden Generatie gaat de ontnuchtering boven de teleurstelling. ‘Vergeet de halve finale op het WK’ is de algemene teneur. De ondergrens is bereikt, maar we gaan hierdoor als een betere ploeg naar Qatar. Oranje was dé faling van het collectief, dat zal niet meer gebeuren. Ach Qatar … ik zal verder tobben hoe ik daar naar zal kijken. Een bubbel van lijnen op gras is hypocriet, pleiten voor een boycot is onrealistisch. De winnaar zal met de gifbeker zwaaien, het is aan eenieder om uit te maken wie dat wil zijn.
Dinsdag, een dag om af te sluiten: ik drink wat met een prachtige vrouw op het einde van het academiejaar. We praten over professoren – liefdevolle en pisnijdige – boeken en wijlen Jeroen Brouwers. Praten over literatuur brengt het beste ervan naar boven, net als bij het voetbal. Deze columnist gaat er even niet meer over praten, er is voor nu genoeg gezegd geweest.