Zaterdagavond, het perfecte moment om een wedstrijd in de lagere klassen van het Belgisch voetbal mee te pikken. Deze week viel mijn oog op een kraker tussen twee van de mooiste traditieclubs in Vlaanderen. Met Racing Mechelen en Berchem Sport stonden twee clubs tegenover elkaar die respectievelijk stamnummers 24 en 28 dragen. Twee gevallen, maar daarom niet minder aantrekkelijke grootheden uit een ver verleden. En dus trok ik naar het Oscar Vankesbeeckstadion, een parel die je teruggooit in de tijd.

Het Oscar Vankesbeeckstadion van Racing Mechelen, genoemd naar de gelijknamige oud-voorzitter, staat hoog op het lijstje van menig ‘vincker’ in de wereld van het groundhoppen. De wedstrijd tegen Berchem Sport was dan ook een perfect excuus om de warmte van mijn zetel achter te laten en vrouwlief het droeve nieuws te melden dat ik toch niet blijf eten.

Je ziet de ‘floodlights’ al van ver uittorenen boven de gebouwen. Wanneer je de wandeling inzet, krijg je een heel Engels gevoel. De kleine arbeiderswoningen die rond het stadion staan, lijken weggeplukt uit een oude film.

Omdat het niet de eerste keer was dat ik hier een wedstrijd meepikte, wou ik eens kijken hoe het perspectief van de uit fans eruitziet. Om een kaartje te kopen, moest je een goede halve meter bukken. In dat gat in de muur zit dan een lieve oudere man die je voor elf euro een ticketje bezorgt. We waren binnen.

De wedstrijd zelf was niet veel soeps. Vrij veel middenveldvoetbal en slechte passes. Toch kwamen de Racing Boys snel op voorsprong. Berchem Sport had zoals vaak een hoop volk bij en die tegengoal kon de sfeer zeker niet drukken.

Van de overzijde ziet de hoofdtribune er nog mooier uit. Jammer dat het staangedeelte links naast de tribune niet meer in gebruik is. Achter de goal staat een groot flatgebouw waar een hoop mensen vanop hun terrasje gezellig de wedstrijd bekijken met een biertje erbij. Dat is zo ondenkbaar bij grotere clubs en heeft iets geweldig puurs.

De wedstrijd kabbelde verder en de score dikte verder aan tot 3-0. Dat werkte een beetje op mijn maag, en op die van ettelijke andere supporters. Er was echter niets te verkrijgen, tot een paar vriendelijke stewards kwamen aanlopen met hopen hamburgers in kartonnen dozen. Qua klantenservice kon dat zeker tellen!

Ik besloot dan vlak na het laatste fluitsignaal toch nog even de nostalgie te gaan opsnuiven aan de overkant. Tijdens mijn wandeling hoorde ik de supporters van de uitploeg nog hevig zingen. De uitslag is maar de uitslag, en zoals ze bij Berchem zeggen: “Wij winnen toch.”

Eenmaal je rond bent, word je begroet door een prachtige poort. Overal zijn er muurschilderingen en de hoofdtribune is van een ongekende schoonheid. Ook wijlen Rik De Saedeleer mag als clubicoon niet ontbreken. De legendarische ‘Daar is ‘em’ staat vereeuwigd op de betonnen platen rond het veld. Boven de spelerstunnel staat in het groot de leuze van de club geschreven: ‘Waar een wil is, is een weg.’ Kijk je links, rechts, boven of onder, je stoot hier overal op historie en nostalgie. De club mag dan misschien niet meer de hoogste toppen scheren, het blijft een hoogvlieger en een must-see.

Nog een biertje later beslis ik om weer huiswaarts te keren. De Berchemfans begeleiden me naar buiten onder een luid gezang, ook al is de wedstrijd ondertussen al 30 minuten afgelopen. Voor zover ik weet zouden er plannen zijn om het stadion te slopen en op dezelfde plaats een nieuw te zetten. Of dat er ook van gaat komen, weet ik echter niet. Twijfel alleszins niet als je de Racing hier nog aan het werk wil zien. Traditie en folklore zijn dingen die we hoog in het vaandel moeten dragen en het Oscar Vankesbeeckstadion is een oude reus die die kernwaarden van de sport perfect in de verf zet.